Pagina's

woensdag 28 oktober 2009

Reizen om te leren?

Binnenkort vertrek ik terug op reis. Ditmaal naar Marokko. Hoe bereid je jezelf voor op een reis teneinde er zo veel mogelijk uit te halen? Laat ons eerst duidelijk maken wat dat 'er uit halen' betekent. Het is duidelijk dat eenieder wel een ander doel beoogt met een reis. Te veel maken we de fout om onszelf als ijkpunt te nemen in een poging de beweegredenen van anderen te begrijpen. Ook hier is niets voor de hand liggend en loont het om even verder te kijken dan de neus lang is. Mensen benaderen elke situatie of een appel naar hen toe, op een andere wijze, ingekleurd door een veelheid van meegegraaide ervaringen, eerder permanente en fundamentele subjectief verschillende posities ten opzichte van de grote symbolische wereld om hen heen, maar ook gekleurd door hormonale fluctuaties, de hoeveelheid nachtrust, de regelmatigheid van de stoelgang, het fysisch welzijn en/of door vluchtige emoties en andere toevalligheden.

Dit maar om aan te geven dat we het dikwijls niet weten waarom de een zo en de ander zus reageert. En dus ook niet waarom die persoon nu net deze reis maakt. De subjectieve pasmunt van de motivatie is dan wel soms nog zichtbaar, de eventuele opbrengsten in deze mentale economie soms veel minder. Kortom, terug naar de steekproef van één: mezelf dus. Want soms leert men meer uit de nauwgezet uiteenrafelen van één bepaalde en subjectieve handeling, dan uit de poging een algemeen globaal model uit te bouwen waarin iedereen dan willens nillens moet passen. Dat wist Proust ook al. Hoewel hij er eerder van uitging dat iedereen fundamenteel gelijk is en dat we in een goede romanfiguur altijd dingen van onszelf kunnen herkennen en zo iets kunnen leren over onszelf. Dit is ook een waarheid, uitgestald vanuit een ander gezichtspunt.

Ik maak een onderscheid tussen een reis op vertrouwd terrein, zonder al te veel verrassingen, maar met een wissel op een zekere vorm van rust en goed weer en een reis die misschien wel kan leiden tot wat verrassingen. Een reis die wat verwondering kan oproepen. Een reis die ons een beetje dooreen schudt en toont dat er ook andere manieren zijn om in de wereld te zijn, en dat we - om een cliché te gebruiken - mogelijks een en ander kunnen leren van een andere cultuur, iets dat ons kan verrijken. Zo mag ik graag reizen naar Noord-Afrika, naar de woestijnen en merken dat men daar toch iets anders omgaat met elkaar, met de tijd, met de omgeving. Die confrontatie met andere waarden, bruuskeert soms vastgeroeste opinies of ideeën. En met dat het wrikken, komen vastgelopen tandwielen weer in beweging...Men treedt een beetje uit zijn vaste referentiekader waardoor het aanmatigende 'sérieux' van ons dagelijks bestaan en de soms verstarde aanwassen van onze gewoontes, in een ander licht worden bekeken. Dit belet niet dat ik ook gewoon wel eens met mijn luie krent in het zand wil liggen lezen.

Maar we gingen het uiteindelijk over reisvoorbereidingen hebben. In mijn geval probeer ik zoveel mogelijk te leren uit reisverhalen en dagboeken van anderen die me zijn voorgegaan. Ik kijk naar kaarten, probeer iets van de taal mee te pikken, leer wat over de geschiedenis en cultuur. Het helpt soms een en ander te zien of te plaatsen dat anders onopgemerkt zou gebleven zijn. Dit alles is echter geen garantie voor een geslaagde vakantie. Je moet ook kunnen afstand nemen en je lot in de handen van de voorzienigheid leggen. Je moet geduld kunnen oefenen en soms gewoon ook wat geluk hebben. Maar dan nog kan het gebeuren dat je bij aankomst op de luchthaven van de trap valt en je door Europe Assistance moet gerepatrieerd worden. Maar dan beste Boppers, heb je tenminste het genoegen gekend van de zoete anticipatie, heb je weer wat bijeengelezen of geleerd. Zo zie je maar. ‘Come prepared!’ En je wint altijd. Maar dat is de boy scout in mij.

vrijdag 23 oktober 2009

Radio Nostalgie...

De titel kan hier een beetje misleidend zijn. Hoewel ik bij tijd en wijlen graag naar muziek uit vorige decennia luister, is het onderwerp van deze week niet enkel gebonden aan radio maar aan een breed scala van media. Als we dan toch starten met radio, is het jullie ook opgevallen dat de radiozenders met playlists vol hits uit de jaren 60’ en 70’ als paddenstoelen uit de grond schieten. Naast de Franse Radio Nostalgie (reeds jaren een must voor eenieder die naar het zuiden van Frankrijk tuft), hebben we nu ook een Belgische Radio Nostalgie (oeverloos ochtendlijk geëmmer incluis), Classique 21 (oude waarde maar een groteske overvloed aan reclame), Ambigold en nog een trits zenders met grote blokken ‘oldies’ programmatie.

Is dit omdat nostalgie verkoopt? Is dit omdat de huidige relatief kapitaalkrachtigen (dwz. veertigjarigen) opgroeiden in diezelfde jaren en daarom een mooie marketing doelgroep vormen? Op TV loopt momenteel het programma ‘de jaren stillekens’ waarin presentator Steven Van Herreweghe op zeer verdienstelijke manier omgaat met het geweldige B(V)RT archief. Maar laten we eerlijk zijn, met het materiaal waaruit hij kon putten, is het al moeilijk om een saai programma af te leveren. Het BRT archief zou moeten beschermd worden als cultureel erfgoed. Alleen al de ‘Pak de poen Show’ met de gebroeders Verreth verdient een Oscar! Niet enkel is het een soort van gedeeld geheugen geworden waarin opeenvolgende generaties (schipper naast mathilde, de paradijsvogels, de collega’s, de kampioenen..) hun nostalgische verzuchtingen kwijt kunnen, het is tevens een archief van wisselende waarden en evoluerende moraal over de jaren heen. Iemand gezien hoe vroeger dokters debatteerden men een rokende sigaret in de studio, hoe de politici en wielrenners in de jaren ’50 werden geïnterviewd, hoe een sportwedstrijd becommentarieerd werd, welke thema’s men als ‘progressief’ in de jaren ’70 aansneed? Heerlijk toch?

Maar er sluipt dikwijls een imaginaire lachband onder, het is allemaal zo komisch geworden. Alsof gemeende en doorleefde uitingen van een cultureel-sociale context in het ene jaar slechts voedingsbodem kunnen worden voor grappige intermezzo’s in de daaropvolgende jaren? Hier is een zekere ambivalentie aan het werk. Het lijkt alsof we ons willen distantiëren van wat ons vooraf is gegaan. Omdat de zwart-witte echo uit het verleden ons opzadelt met een vorm van schaamte of het verpletterende besef dat alles waarmee we ons bezighouden slechts stof is voor een stand-up comedian die nu nog zijn eerste pasjes leert lopen? Een les in nederigheid dus? Dit is slechts één zijde van de medaille. De andere is dan de vraag waarom we steeds terugkijken naar die wereld van oudsher? Wat geeft het ons in ruil voor die tijdelijke vervreemding? Boeken grijpen nog explicieter terug naar vroegere periodes. Hoeveel romans spelen zich niet af in een vorig tijdperk? Andere publicaties richten zich voluit op deze nostalgische doelgroep. Er wordt ons een nieuwe blik gegund op onze kinderjaren, we hervinden oud speelgoed, we herinneren ons gelijkaardige klasfoto’s, we zingen mee met de zomerhitjes van toen. Het is soms leuk toeven in dit – door de nevelen der tijd wazig geworden – achterland. We denken soms dat het vroeger ‘wel beter was’. Ongenuanceerd en gratuit als deze uitspraak is, sommige dingen waren vroeger effectief beter. En dat bewijst niet alleen het BRT archief maar tevens de nuchtere cijferanalyse van de toename in aantallen patiënten in de geestelijke gezondheidszorg.

Er is natuurlijk het risico dat men te lang in dit la-la land van ‘Fabeltjeskrant’ en ‘Echo’ verblijft. Want voor wie daar vatbaar voor is, kan nostalgie leiden naar weemoed, weemoed van mistroostigheid naar moedeloosheid, moedeloosheid naar depressie en dan zijn we natuurlijk ver van huis. Dus beste boppers, zoals steeds en voor uw eigen zielenheil, ook hier geldt soberheid als een deugd. Let’s all chant!

woensdag 7 oktober 2009

Ik weet het...ik lees de krant!

Ik las vorig jaar in de krant een artikel over de bijen die aan het verdwijnen zijn. Vandaag lees ik dat Douglas Couplands nieuwe boek (Generation A) dit als een plotelement gebruikt. Andere onheilstijdingen vanuit die grote vreemde ‘Andere’ die de natuur is: overstromingen zijn een directe weerwraak op ons overmatig ingrijpen in het bio-evenwicht. Uitzinnige stormen, verstoorde regenval, verschraalde biodiversiteit, de met Armand Pien merkwaardig verdwenen straalstroom en het schandknaapje voor alle kwaad: el-ninjo, je kunt de krant niet openslaan of je wordt ermee om de oren geslagen.

In de laatste film van M. Night Shyamalan nemen de bomen en planten zelfs wraak op ons door middel van toxische secreties waardoor we ons massaal als lemmingen de dood in storten. Het lijkt wel of de natuur onze maatschappij nabootst. De huidige nieuwsgaring verbindt natuur en cultuur op een nooit geziene wijze, als een moebiusband, een groteske steeds uitdijende topologie van een spatiaal zelfbewustzijn in een kluwen van betekenaars van waaruit niet te ontsnappen valt. Want net zoals in de natuur, is ook in de samenleving sprake van een verstoord evenwicht, van het opduiken van uitzonderlijke excessen. De krant opnieuw: er is een serieverkrachter opgepakt…met voorbinddildo, akelig masker en een groot mes. Je zal die maar eens tegenkomen tussen donkeren en klaren. (tijdens overmatige regenval) Het lijken in scène gezette ‘events’ die naast hun uitermate wrede en ‘onmenselijke’ karakter daarbij nog een boodschap lijken uit te dragen, bijeengelapt uit verwrongen culturele referenties, een hyperrealistische onsmakelijke grap. Scream! Ander onwezenlijk element: elke dag sterven er kinderen door gebrek aan voedsel en hygiëne. Schrijnend natuurlijk, maar nog schrijnender is een van de redenen die in het artikel opgegeven wordt om deze toestand te verhelpen: door de hoge kindersterfte hebben we een productieverlies van x aantal miljard dollars in onze Global Marketplace; en dat kan natuurlijk niet. Wie nu nog niet het zuur in zijn keel voelt opborrelen…Er zijn momenteel heel wat projecties van onze gedeelde culturele angsten en excessen aan de gang op het onschuldige scherm van moeder natuur.

Op de keeper beschouwd zijn we wellicht wel de bomen, bloemen en de bijtjes aan het decimeren, maar er is een diepere waarheid. En die is dat we dit als een schouwtoneel gebruiken waarbinnen we onze angsten en onrust opkloppen, waarin we als het ware een soort van gezamenlijk schuldbesef aan het creëren zijn, als een soort van ultieme uitlaatklep voor het onbehagen in onze maatschappij. Op een perverse manier ligt daarbij nog in het effectieve lozen, kappen, verbranden, en bespuiten nog eens de bevestiging van die schuld en het appel op een soort van vervangende gemeenschapsstraf, als een impotente ‘Beagle’ die in de voetsporen van Darwin (tv-gewijs) - een en ander poogt recht te zetten…Dus beste Boppers: op een bepaald moment zal het percentage horrorberichten in de krant er voor mij te veel aan zijn en zeg ik mijn abonnement op. Helaas is het stoppen van de vingers in de oren niet altijd een gepaste reactie.